Bart Wellens Uit Kritiek op UCI-Regels en Stelt Zich Vraagtekens bij Deelnames van Van Aert en Van der Poel
Belgisch veldrijder en ploegleider Bart Wellens heeft zijn frustratie geuit over de huidige regelgeving van de UCI (Union Cycliste Internationale) en de impact die deze kan hebben op toppers als Wout van Aert en Mathieu van der Poel. Wellens, die jarenlang actief was in het veldrijden en nu aan de zijlijn staat als coach, stoort zich aan de verplichting die de UCI wil opleggen: topveldrijders zouden aan alle Wereldbekerwedstrijden moeten deelnemen om zich te kwalificeren voor het WK.
Deze regel zorgt volgens Wellens voor een onevenwichtige situatie, waarbij renners die hun tijd verdelen tussen het veldrijden en wegwedstrijden onnodig onder druk worden gezet. “Niemand durft dat,” zei Wellens in een recent interview. “Het is onrealistisch om te verwachten dat renners als Van Aert en Van der Poel zich vastpinnen op elke Wereldbekerwedstrijd, terwijl ze ook een druk wegprogramma hebben. Dat gaat ten koste van hun prestaties en hun fysieke gezondheid.”

De bezorgdheid van Wellens komt niet uit het niets. Wout van Aert en Mathieu van der Poel behoren tot de grootste sterren in zowel het veldrijden als op de weg. Beide renners combineren hun veldritseizoen met een intensief wegprogramma, waarbij ze uitblinken in klassiekers en grote rondes. De verplichte deelname aan alle Wereldbekerwedstrijden zou hun flexibiliteit beperken en mogelijk leiden tot overbelasting.
“Het slaat nergens op,” vervolgde Wellens. “De Wereldbeker is belangrijk, maar dat betekent niet dat je renners moet dwingen om overal aan de start te staan. We willen kwaliteit in het veldrijden, geen uitgebluste toppers die hun vorm verliezen omdat ze zich aan onredelijke eisen moeten houden.”
Naast de organisatorische bezwaren heeft Wellens ook kritiek op de technische aspecten van de voorbereiding van deze renners. Hij wees op de veranderde fietspositie van Mathieu van der Poel, die zijn houding heeft aangepast voor wegwedstrijden. Volgens Wellens heeft dit invloed op zijn stuurvaardigheid in het veld, wat leidt tot meer technische fouten.
“Je ziet het soms aan Mathieu’s rijstijl,” legde Wellens uit. “Zijn fietspositie is geoptimaliseerd voor snelheid op de weg, maar in het veldrijden is techniek net zo belangrijk. Die balans vinden is niet eenvoudig, en dat zie je terug in bepaalde momenten tijdens zijn crosswedstrijden.”
De uitspraken van Wellens hebben in de wielerwereld gemengde reacties opgeroepen. Sommigen vinden dat de UCI meer rekening moet houden met de veelzijdigheid van renners als Van Aert en Van der Poel, terwijl anderen van mening zijn dat de Wereldbeker de hoogste prioriteit moet krijgen binnen het veldrijden.
Voorlopig blijven de regels zoals ze zijn, maar de kritiek van Wellens voegt zich bij een groeiend koor van stemmen die pleiten voor meer flexibiliteit binnen de sport. Of de UCI gehoor geeft aan deze oproepen, valt nog te bezien. Wat wel vaststaat, is dat de discussie over de balans tussen veldrijden en wegwielrennen voorlopig nog niet voorbij is.