Hoewel de aandacht in het veldrijden vaak gericht is op de “grote drie” – Mathieu van der Poel, Wout van Aert en Tom Pidcock – vindt de Nederlandse ex-prof en analist Thijs Zonneveld dat het EK Veldrijden 2025 heeft laten zien hoe spannend de sport ook zonder hen kan zijn.

In Middelkerke kregen fans één van de meest spectaculaire en onvoorspelbare kampioenschappen van de afgelopen jaren te zien. Toon Aerts veroverde zijn tweede Europese titel na een felle strijd van een uur, waarin acht renners bij het ingaan van de laatste ronde nog kans maakten op de zege. Voor Zonneveld was dat open, chaotische koersverloop een bewijs dat veldrijden geen supersterren nodig heeft om meeslepend te zijn.
“Het was echt geweldig dat de wedstrijd zo spannend bleef tot in de laatste ronde er waren nog zeven of acht renners die konden winnen,” vertelde Zonneveld aan In De Waaier. “Zo’n spannend kampioenschap hebben we al lang niet meer gezien. En onder die acht zaten niet eens de twee grootste favorieten vooraf: Vanthourenhout en Nieuwenhuis.”
De wedstrijd zelf was een voortdurend gevecht tussen landen en ploeggenoten. In de openingsfase deelden renners als Pim Ronhaar, Joris Nieuwenhuis en Thibau Nys de eerste klappen uit aan Aerts, Michael Vanthourenhout en Joran Wyseure. Naarmate de ronden vorderden, zorgden het zachte Noordzeezand en de veranderlijke wind voor breuken in de kopgroep, maar niemand slaagde erin om echt weg te rijden.
Met nog één ronde te gaan, telde de kopgroep nog steeds acht renners: Aerts, Nys, Ronhaar, Wyseure, Mason en Verstrynge. Het beloofde een finale te worden van kleine verschillen en gedurfde zetten. Aerts behield zijn kalmte in het technische zand en timede zijn sprint perfect, waardoor hij Nys nipt op de streep versloeg.
“Positie was alles in deze koers,” legde Zonneveld uit. “Je kon het je niet veroorloven om te ver terug te zitten. Ronhaar deed het perfect tot in de laatste bochten – één fout en het was voorbij. Hij vocht de hele wedstrijd in zijn eentje tegen vier of vijf Belgen, dat was indrukwekkend.”
Volgens Zonneveld bewees het spektakel dat de afwezigheid van Van der Poel, Van Aert en Pidcock niet per se een verlies is voor de sport – het kan het juist spannender maken. “In kampioenschappen waar Van der Poel meedoet, staat hij twee niveaus boven de rest,” zei hij. “En wanneer Van Aert en Pidcock erbij zijn, zitten ook zij elk een niveau hoger dan de anderen. Dit weekend liet zien dat je zonder hen weer echte spanning krijgt.”
Aerts’ nipte overwinning op Nys en het feit dat Ronhaar en Wyseure tot het einde meededen – leverden precies dat op: een wedstrijd die echt open voelde.
“Het was fantastisch om naar te kijken,” besloot Zonneveld. “Dit is het soort koers dat we gemist hebben – eentje waarin je tot de laatste meters niet weet wie er gaat winnen.”













