Wout van Aert kon in Parijs-Roubaix niet meespelen om de overwinning, maar de kopman van Visma | Lease a Bike deed tot diep in de finale wel mee om het podium in de Helleklassieker. Dat kwam als een verrassing voor hemzelf, vertelde Van Aert na afloop tegen Sporza. “Voor de eerste strook was ik betrokken bij een val, zonder erg, maar ik moest toen wel van achteruit koersen”, legde hij uit.
In het Bos van Wallers en in de fase daarna werd al duidelijk dat Van Aert niet de benen had om de topfavorieten te volgen. “Ik was echt niet goed op dat moment”, aldus Van Aert. “In het bos had ik de benen nog niet. […] Matthew Brennan zat nog wel lang bij mij. Dat was mooi om te zien. Daarna hebben we zo goed mogelijk proberen samenwerken, en het is een verrassing dat ik nog voor het podium kon strijden. Maar vierde was wel mijn plaats.”
De eerste twee plaatsen waren voor Mathieu van der Poel en wereldkampioen Tadej Pogačar. Van Aert streed daarachter met Mads Pedersen en Florian Vermeersch om de derde podiumplek, maar werd vierde. “Hetzelfde resultaat als vorige week”, doelt hij op de Ronde van Vlaanderen. “En dezelfde renners op het podium, zeker? Ik moet kunnen toegeven dat er drie beter waren. Zeker Pedersen, die vooraan wegviel door pech, daar kan ik weinig tegenin brengen. Hij was sterker en ging vroeg aan.”
Van Aert ging dus ook al vroeg onderuit in Parijs-Roubaix. Na de streep had hij zichtbare schade aan zijn rechterknie, waarop hij in de laatste Vuelta zo hard gevallen was. Grote gevolgen verwacht hij niet. “Ik denk het niet. In de wedstrijd heb ik er niet veel last van gehad”, verklaarde hij. Ook het Gravaa-systeem om de bandendruk te veranderen werkte goed voor Van Aert. “Feilloos, ik heb geen pech gekend, maar je moet wel de benen wel hebben.”
Voor Van Aert is het voorjaar nog niet klaar. Hij gaat de Brabantse Pijl en de Amstel Gold Race nog rijden komende week.