Wout van Aert keert terug naar Parijs-Roubaix met een duidelijke missie: eindelijk het iconische kasseimonument winnen en twee van de grootste namen in de sport, Mathieu van der Poel en Tadej Pogacar, verslaan.

In een gesprek met Cycling Pro Net voorafgaand aan de race van zondag, kwam de Belgische ster kalm en gefocust over, met hernieuwd zelfvertrouwen na een moeizame start van zijn klassiekercampagne. Toch liet hij vorige week in de Ronde van Vlaanderen al een verbeterde vorm zien.
Gevraagd naar hoe zijn week was verlopen na de Ronde van Vlaanderen, meldde Van Aert een sterk herstel en nieuwe motivatie.
“Het was een mooie week. Ik had het gevoel dat het herstel echt goed was na Vlaanderen en ja, ik keek meteen uit naar de dag van morgen.”
Ondanks de tegenslagen eerder dit seizoen, voelt hij zich nu zowel mentaal als fysiek klaar om de uitdaging aan te gaan.
“Ja, natuurlijk was het begin van het seizoen moeilijk voor mij. Ik denk, eh, het was lastig om de juiste benen te vinden in de klassiekers en uh vanaf vorig weekend voelde ik me, nou ja, voelde ik me weer mezelf. En het was zeker goed voor het moreel om weer in de finale te zitten in de Ronde van Vlaanderen, met de beste renners.”
Wat betreft de favorieten, ziet Van Aert geen verrassingen.
“Als je twee grote rondes en een wereldtitel hebt gewonnen, heb je het recht verdiend om te zeggen: ik wil niet nog vijf jaar wachten” – Waarom Tadej Pogacar aan de start staat van Parijs-Roubaix in 2025.
“Voor mij is er geen uitgesproken favoriet. Het is zoals ik verwachtte, Mathieu en Tadej zijn net iets sterker dan de rest. Ze hebben ons een paar keer gelost, vooral op heuvelachtig terrein bij ons thuis, maar zij hebben die versnelling. Dus voor mij blijven zij de grootste favorieten morgen.”
Voor Van Aert is er maar één doel.
“Ja, natuurlijk ben ik hier om te winnen. Het is een droom voor mij om deze koers te winnen en we blijven het proberen.”