Na zijn etappezege op donderdag deed Olav Kooij er zaterdag in Slovenië tijdens de veertiende etappe van de Giro d’Italia alles aan om opnieuw te winnen. De Nederlandse sprinter van Visma | Lease a Bike eindigde uiteindelijk als derde, achter medesprinter Kaden Groves (Alpecin-Deceuninck) en ritwinnaar Kasper Asgreen (EF Education-EasyPost), die deel uitmaakte van de vroege ontsnapping.
Visma | Lease a Bike reed de hele dag op kop om een massasprint voor te bereiden en wist zo ook de valpartij laat in de etappe te ontwijken. “We wisten dat het een lastige dag zou worden. We controleerden het tempo met het oog op een sprint en deden wat we konden, maar we hadden maar een klein groepje,” aldus Kooij.
Onder de ongeveer 25 renners die vooraan overbleven, zaten onder andere Bart Lemmen, Simon Yates en Wout van Aert, die zich allemaal in dienst van Kooij opstelden. “Uiteindelijk hadden we gewoon niet genoeg mankracht om Asgreen terug te halen,” zei de Nederlander. Of de valpartij in het voordeel van het peloton uitpakte, kon hij niet met zekerheid zeggen. “Perfect zou ik het niet noemen. Het was erg chaotisch op die gladde wegen.”
Van Aert: “Het was duidelijk dat we hier voor de ritzege kwamen”
Yates, een van de weinige klassementsrenners die vooraan bleef, schoof op naar de tweede plek in het algemeen klassement, op 1:20 van leider Isaac Del Toro. Maar Van Aert maakte duidelijk dat het tempo dat Visma maakte niets met klassementsambities te maken had. “Dat is niet wat er gebeurde,” corrigeerde de Belg een vraag van een journalist.
“Dat is jouw interpretatie. Het was duidelijk dat we hier kwamen om met Olav voor de ritzege te gaan. Daar hebben we de hele dag voor gevochten en de koers gecontroleerd. In de finale zaten we vooraan om de vlucht terug te pakken, maar zij speelden het slim door precies op dat moment te versnellen,” legde Van Aert uit. “We hadden al onze mannen nodig om ze terug te halen. Ja, we bleven pushen, maar dat was met het oog op de ritzege. Elke grote ronde heeft van die dagen, en het is jammer dat dit leidde tot verschillen in het klassement.”
“Het parcours had veel bochten, maar ik moet ook zeggen dat de renners deels zelf schuldig zijn aan wat er gebeurde. De klassementsploegen waren zó nerveus. Ze creëerden hun eigen stress en veroorzaakten zo de valpartijen. Dat moet ook gezegd worden. Het was risicovol, maar het rondje in Lecce (etappe vier, red.) was nog gevaarlijker. We hadden het zelf veiliger kunnen houden,” herhaalde de Belgische Visma-renner.
Van Aert maakte duidelijk dat hij het resultaat allerminst als een succes beschouwde. Tegenover Renaat Schotte van Sporza zei hij: “Ik had liever gewonnen met Olav in een volledige massasprint. We namen het initiatief, maar moesten de halve ploeg opofferen om gewoon goed gepositioneerd te zijn. We reden voor de overwinning, dus het laatste wat je dan wilt doen, is onnodige risico’s nemen… Soms moeten mensen gewoon hun verstand gebruiken.”