Het is afzien als de beesten voor de renners in zowel Tirreno-Adriatico als Parijs-Nice. In beide koersen was het de voorbije dagen verschrikkelijk weer, zozeer zelfs dat in De Koers naar de Zon – o ironie – de wedstrijd woensdag moest worden stilgelegd. Enkele renners maken duidelijk wat het betekent.
Verschrikkelijke omstandigheden
Zo’n rittenkoers wordt door de klassieke renners voornamelijk aangevat om nog enkele procentjes te verbeteren richting de grote klassiekers. Hier of daar een ritzege meepakken is natuurlijk altijd welgekomen. Maar toch vooral: de vorm aanscherpen. En dan is zulk weer toch echt wel nefast voor de zaken. “Ik kan geen enkel aspect bedenken, waarmee we hieruit profijt halen”, is Jasper Stuyven duidelijk.
Mathieu van der Poel beaamt dat deze weersomstandigheden het hogere doel eigenlijk volledig afvlakken. “Die rit van 240 kilometer in de Tirreno was een goede inspanning om de klassiekers voor te bereiden, maar niet in die omstandigheden. Woensdag was echt een verschrikkelijke dag”, windt hij er bij HLN geen doekjes rond.
“Stel dat het zo’n omstandigheden zijn op een trainingsdag, dan vertrek je gewoon niet naar buiten. Nu was er niets aan te doen”, maakt Van der Poel de vergelijking met wanneer hij gewoon zou trainen of op stage zou zitten. “Het was een vreselijke dag om wielrenner te zijn”, treedt landgenoot Tim van Dijcke hem bij.
Gezonde jaloezie, denken aan opgave
En zo is het met jaloerse blik kijken naar de renners die deze helse taferelen niet moeten doorstaan. Tadej Pogacar bijvoorbeeld, maar ook Wout van Aert. Die zit momenteel op hoogtestage op de Teide. Oliver Naesen steekt zijn jaloezie niet weg. “Na afloop van de woensdagrit in Parijs-Nice keken Sander De Pestel en ik naar het Instagramverhaal van Wout en Tiesj ‘Wow, het ziet er toch beter uit op Tenerife’, zeiden we.”
Daar valt niks tegenin te brengen. Sterker nog: de renners in Parijs-Nice of de Tirreno moeten flink uitkijken om niet ziek te vallen door het gure weer. “Klopt. Daarvoor is het heel goed uitkijken. Soms heb je ‘t meteen vlaggen, andere keren ontspring je de dans. Je moet daar een beetje geluk in hebben”, weet ook Yves Lampaert.
Is het dan niet beter om er gewoon de brui aan te geven? Zeker in het geval van jongens als Van der Poel – die straks worden geacht om opnieuw te scoren – lijkt het bijzonder gevaarlijk. Hij sluit het niet helemaal uit, hoewel het ook voor de Nederlander de bedoeling is om tot en met zondag zijn Tirreno gewoon vol te maken.
“Met afstappen win je ook niet veel, maar ik ben mij de voorbije jaren zeer bewust geworden van een zo gezond mogelijk traject naar de klassiekers en met succes, want ik heb nog niet veel monumenten moeten missen door niet aan de start te kunnen staan”, aldus Van der Poel.
