De lente zit erop voor Wout van Aert. De Belgische renner van Visma | Lease a Bike neemt na een zware voorjaarscampagne even een korte pauze om zich voor te bereiden op de Giro d’Italia en de Tour de France. De 30-jarige Vlaamse renner verruilt zijn fiets tijdelijk voor loopschoenen, zoals te zien is op zijn Strava-pagina.
Hij toont daarbij ook een verse wonde op zijn reeds gekwetste knie.
De eerste maanden van Van Aerts seizoen verliepen allesbehalve vlot. Hij begon zijn seizoen op het Iberisch Schiereiland: na de openingswedstrijd in de Clásica Jaén, waar hij 39e werd, trok hij naar de Ronde van de Algarve. Een overwinning bleef uit, maar in de afsluitende tijdrit liet de Visma-renner toch een sterke indruk na. Een week later volgde het openingsweekend, met de Omloop Het Nieuwsblad en Kuurne-Brussel-Kuurne, waar de Belg geen enkele top tien-notering behaalde.
Een tegenvallende start dus, maar een hoogtestage in Spanje moest hem naar een hoger niveau tillen. In Tenerife werkte Van Aert heel wat kilometers en hoogtemeters af, samen met Tiesj Benoot en Wilco Kelderman.
Maar opnieuw liep het niet zoals gepland: een tweede plaats in Dwars door Vlaanderen werd een dieptepunt voor het hele team, gevolgd door drie vierde plaatsen (Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix en Amstel Gold Race) en opnieuw een tweede plaats in de Brabantse Pijl.
Van Aert legt de fiets even aan de kant
Een overwinning bleef uit voor de kopman, die ondertussen ook de nodige kritiek kreeg te verduren. De focus ligt nu op de grote rondes, maar eerst neemt Van Aert enkele dagen rust. In Herentals zette hij zijn fiets aan de kant en trok hij zijn loopschoenen aan. Hij liep bijna 8 kilometer samen met zijn vrouw Sarah. Op de bijgevoegde foto is zijn gekwetste knie te zien, er nog erger aan toe dan tijdens de Vuelta. De valpartij in Parijs-Roubaix heeft duidelijk sporen nagelaten, met een verband rond zijn gehavende been.
Pogacar reageert op klachten van Soudal: “Domen Novak had al 150 km op kop gereden”
Johan Bruyneel: “We zien deze fenomenale renners, en ik heb het al een paar keer gezegd, ik denk dat ze hun eigen grootste vijand zijn.”
