De wielersport zit vol vluchtige momenten waarop een nieuwe ster lijkt op te staan, om vervolgens net zo snel weer te vervagen. In de zomer van 2023, tijdens de Wereldkampioenschappen in Glasgow, leverde de wegwedstrijd voor mannen zo’n verhaal op. Te midden van de chaos, valpartijen en het nietsontziende tempo van grootheden als Mathieu van der Poel en Tadej Pogačar. viel één renner onverwacht op: een relatief onbekend jong talent dat zich staande hield tegen de besten ter wereld.

Die renner, al snel geroemd als een van de openbaringen van de kampioenschappen, verdiende onmiddellijke erkenning door zijn nietsontziende aanvalsstijl en zijn weigering om geïntimideerd te worden door de koningen van het peloton. Even leek het alsof er een nieuw tijdperk in zijn carrière was aangebroken. Maar de nasleep bleek genadeloos anders.
Sinds die doorbraak in Glasgow heeft hij geen enkele professionele koers meer uitgereden. Elke start kende hetzelfde einde: benen die niet meer wilden, rugnummer dat werd afgehaald, opnieuw een “DNF” naast zijn naam in de uitslag. Blessures, ziekte en de meedogenloze kalender van het profpeloton maakten korte metten met zijn belofte. Wat een springplank had moeten zijn, leek meer op een doodlopende weg.
Maar wielrennen leeft van comebacks, en nu, na een jaar in de schaduw, is de openbaring van Glasgow klaar om terug te keren. Een nieuw contract bij een ProTeam van middenniveau biedt hem een tweede kans om zijn potentieel te bewijzen. “Ik ben nooit opgehouden met geloven,” zei hij deze week. “Glasgow liet zien wat ik kan. Nu moet ik het opnieuw tonen, niet één keer, maar een heel seizoen lang.”
De keuze voor dit team weerspiegelt een bewust geplande reset. In plaats van direct resultaten na te jagen op WorldTour-niveau, krijgt hij een structuur waar kansen om voor zichzelf te rijden, kleinere koersen te winnen en vertrouwen terug te winnen beter bereikbaar zijn. Het management ziet hem niet als een mislukt project, maar als een onontgonnen talent wiens traject slechts werd onderbroken, niet beëindigd.
Insiders herinneren zich nog goed hoe hij zich in Schotland liet zien: in het offensief tegen Pogačar op de hellingen, vasthoudend aan het wiel van van der Poel terwijl anderen kraakten, aanvallend op momenten dat logica tot wachten maande. Die flitsen verklaren waarom hij nog steeds belangstelling wekt, zelfs na een seizoen van onzichtbaarheid.
Zijn verhaal benadrukt ook de dunne scheidslijn in het moderne wielrennen. Voor elke van der Poel, Evenepoel of Pogačar die lijkt voorbestemd om te heersen, zijn er tientallen renners met vergelijkbaar talent maar met fragiele trajecten. Een val, een verkeerd getimede ziekte of een jaar slechte vorm kan het verschil maken tussen sterrendom en vergetelheid.
Nu het peloton een nieuw seizoen inrolt, is de vraag of deze comeback echt beklijft. Vindt de openbaring van Glasgow opnieuw de benen die hem destijds schouder aan schouder met de besten brachten? Of was die dag in 2023 slechts een korte vonk, nooit meer te herhalen