Na het winnen van vier klassiekers in het voorjaar, heeft Tadej Pogačar zijn focus verlegd naar de etappekoersen in aanloop naar de Tour de France. De Critérium du Dauphiné is pas zijn tweede meerdaagse wedstrijd van het jaar, na zijn overwinning in de UAE Tour in februari, maar dit is een heel andere uitdaging.
Het was niet per se een klacht, maar het was toch een opvallende bekentenis. Pogačar keert terug naar het rondewerk bij de Dauphiné ter voorbereiding op de Tour de France, maar hij maakte duidelijk dat ‘s werelds grootste wielerwedstrijd meer een professionele verplichting is dan een passieproject.
“Ik zit helaas elk jaar vast aan de Tour,” zei een glimlachende Pogačar zaterdag tijdens een videogesprek met verslaggevers, voorafgaand aan zijn eerste deelname aan de Dauphiné sinds 2020.
Voor veel Tourwinnaars in het verleden was de Dauphiné bijna een vast onderdeel van hun voorbereiding op juli, maar Pogačars lange afwezigheid bij de race onderstreept zijn drang – of misschien noodzaak – om zijn eigen weg te kiezen. Meedoen aan het jaarlijkse spektakel van de ASO lijkt vast te liggen in zijn contract bij UAE Team Emirates-XRG, maar dat geeft Pogačar de vrijheid om gedurende de rest van het seizoen zijn eigen voorkeuren te volgen.
In 2021 en 2022 koos hij ervoor om in deze periode op eigen bodem de Ronde van Slovenië te rijden, terwijl hij twaalf maanden geleden juni gebruikte om te herstellen van zijn deelname aan de Giro d’Italia. Dit keer volgt hij een meer conventionele opbouw richting de Tour, al ging daaraan een voorjaar vooraf waarin hij zijn voorliefde voor klassiekers volop uitleefde.
Pogačars enige etappekoers dit seizoen was de UAE Tour, die hij in februari overtuigend won. In de daaropvolgende maanden startte hij in zeven klassiekers, waarbij hij Strade Bianche, de Ronde van Vlaanderen, de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik won. Hij eindigde ook op het podium in Milaan-San Remo, Parijs-Roubaix en de Amstel Gold Race.
Maar aan zijn Tour-verplichting kan Pogačar uiteindelijk niet ontsnappen. De beste wielrenner ter wereld is veroordeeld tot deelname aan de grootste wielerwedstrijd ter wereld, jaar in, jaar uit. In mei verbleef hij op hoogte in Sierra Nevada voor een trainingskamp en deze week rijdt hij een rittenkoers van een week die hem duidelijk minder inspireert dan een heroïsche strijd over de kasseien van de Vlaamse Ardennen.
“Af en toe iets veranderen kan je op een goede manier helpen,” zei Pogačar. “In mijn geval leer ik veel bij door in het peloton te rijden en koersen anders te begrijpen, omdat ik allerlei soorten wedstrijden doe. Het zijn niet alleen de rittenkoersen van een week, van Parijs-Nice tot Catalonië, tot het Baskenland, tot Dauphiné of Zwitserland. Die koersen zijn min of meer altijd hetzelfde, met hetzelfde resultaat, terwijl de klassiekers in mijn ogen interessanter zijn.”
Slechts één rittenkoers rijden voor juni is tegen de conventie in voor een Tourfavoriet, maar dat is waarschijnlijk juist wat hem aantrekt. Het is in elk geval een ander pad dan in 2024, toen hij eerst de Giro reed voor de Tour.
“Ik wil gewoon nieuwe dingen ervaren en voorkomen dat ik me ga vervelen door steeds hetzelfde te doen,” zei hij. “Ik zou het anders waarschijnlijk niet lang volhouden – dat is de belangrijkste reden waarom ik mijn programma hier en daar wijzig. Maar helaas zit ik elk jaar vast aan de Tour.”
Pogačar zit ook vast aan dezelfde rivaal in de Tour. De afgelopen vier edities van de Tour de France werden verdeeld tussen hem en Jonas Vingegaard (Visma | Lease a Bike), en het zou geen verrassing zijn als de Tour van 2025 het vijfde hoofdstuk van hun eindeloze tweestrijd wordt, ongeacht de opmars van Remco Evenepoel.
Zowel Vingegaard als Evenepoel zijn aanwezig bij de Dauphiné, waardoor het deelnemersveld dit jaar het sterkste is sinds de pandemie-editie van 2020.
“Ik kijk er echt naar uit om tegen hem te koersen. Hij lijkt in goede vorm, voor zover ik kon zien, dus ik verwacht dat hij op een superhoog niveau zal zijn,” zei Pogačar over Vingegaard, die hier zijn comeback maakt na zijn val in Parijs-Nice in maart.
“Ik kijk er echt naar uit om dat te zien, want hij had een zwaar voorjaar. Hopelijk kunnen we een mooi duel uitvechten, maar ik vergeet de andere concurrenten niet. Er is bijvoorbeeld ook Remco.”
Pogačar is al niet meer verslagen in een rittenkoers van een week sinds de Ronde van het Baskenland in 2021, al bagatelliseerde hij de druk om die reeks voort te zetten. “Ik moet mezelf eraan herinneren dat ik uit een zware trainingsperiode kom en dat we nu aan het afbouwen zijn richting de Tour,” zei hij. “En we hebben al vaker gezien dat de Dauphiné geen echte voorspeller is van je Tourvorm.”
De signalen van zijn trainingskamp in Sierra Nevada in mei zijn in elk geval duidelijk positief. “Op dit moment zijn de cijfers en trainingen voor mij goed,” zei Pogačar. “Maar in december, februari, april – het hele jaar door – zijn ze eigenlijk altijd goed. Misschien in november niet, maar verder ben ik best blij met de cijfers.”
