De wielerwereld maakt zich op voor een van de meest verwachte duels van het seizoen: Tadej Pogačar versus Remco Evenepoel op het Europees kampioenschap. De Sloveense superster en het Belgische wonderkind gelden al jaren als twee van de grootste talenten in de sport, en nu treffen ze elkaar op een continentaal podium dat vuurwerk belooft. Maar volgens de Belgische bondscoach hoeven fans geen herhaling te verwachten van de spectaculaire solo-aanval die Pogačar tot zijn handelsmerk heeft gemaakt.

In de aanloop naar de wedstrijd sprak de coach met realisme over de risico’s van gedurfde acties in een kampioenschap. “Als hij dat probeert, kan het slecht aflopen,” waarschuwde hij, verwijzend naar het parcours en de aanwezigheid van goed voorbereide nationale ploegen die een lange solo vrijwel onmogelijk maken. Anders dan in een Tour de France-etappe, waar Pogačar kan profiteren van een uitgerekte en vermoeide groep, draait het EK om kortere afstanden, strakkere controle en renners die alles geven voor hun land.
Voor Belgische fans ligt de focus volledig op Remco Evenepoel, die floreert in eendagskoersen met hoge druk. De regerende wereldkampioen tijdrijden heeft meermaals bewezen dat hij tactische wedstrijden kan ombuigen naar pure krachtmetingen, vaak met aanvallen die zijn rivalen overdonderen. Zijn recente vorm wijst erop dat hij precies op het juiste moment piekt, en het thuispubliek zal hem nog extra motivatie geven.
De bondscoach benadrukte dat de Belgische aanpak gedisciplineerd zal zijn. “We mogen ons niet laten afleiden door de reputatie van Pogačar. Hij is altijd gevaarlijk, maar wij hebben de renners om de situatie te controleren. Het doel is Remco in de finale de beste kans te geven.” Met ploegmaats die vroege aanvallen kunnen neutraliseren, plant België het tempo te bepalen, de koers gesloten te houden en Pogačar te dwingen tot een meer tactisch gevecht in plaats van een strijd op pure uithouding.
Toch is het gevaarlijk om de Sloveen af te schrijven. Pogačar heeft keer op keer bewezen dat hij conventionele wijsheid kan trotseren. Van zijn stoutmoedige raids in de Ronde van Vlaanderen tot zijn meedogenloze klimmersaanvallen in de Grote Rondes: hij gedijt op verrassingen. Voor hem is onvoorspelbaarheid geen gok, maar een wapen. De voorzichtige woorden van de Belgische coach kunnen in Ljubljana zelfs geïnterpreteerd worden als een teken van Belgische zenuwen.
Het duel staat bovendien symbool voor iets groters: een botsing tussen twee generaties en twee koersfilosofieën. Pogačar belichaamt de roekeloze, aanvallende stijl die berekening negeert en spektakel omarmt. Evenepoel daarentegen staat voor precisie, discipline en controle — al heeft ook hij bewezen risico’s te durven nemen als het moment daar is.
Naarmate de racedag dichterbij komt, groeit de spanning niet alleen in België en Slovenië, maar in heel Europa. Het EK wielrennen heeft zelden zoveel aandacht gekregen, en met twee supersterren aan de startlijn zijn fans verzekerd van een spektakel dat kan wedijveren met eender welk voorjaarklassieker of WK.
Of Pogačar het aandurft om opnieuw een van zijn “monster”-solo’s te lanceren, moet nog blijken. Maar zoals de Belgische bondscoach ons herinnert: in een wedstrijd die zo nauwlettend gevolgd en strak gecontroleerd wordt, is het verschil tussen glorie en ondergang flinterdun.