Wout van Aert liet Pogacar achter op de Montmartre; kan hij volgen in de Ronde van Vlaanderen? “Het is een logisch doel in mijn carrière”
Wout van Aert is een renner met grote ambities. Ondanks de evolutie van Tadej Pogacar en Mathieu van der Poel tot een bijna onaantastbaar niveau in de afgelopen jaren, heeft de renner van Team Visma | Lease a Bike zijn doelstellingen niet verminderd. Hij blijft dromen van de overwinning in Parijs-Roubaix en de Ronde van Vlaanderen, koersen die hij al jaren achterna zit.

“Als ik niet meer geloof dat ik de Ronde van Vlaanderen kan winnen, dan zijn er misschien nog drie anderen die dat wel kunnen denken. Het zal heel moeilijk zijn, maar het is een logisch doel in mijn carrière. Een doel dat ik wil blijven nastreven,” zei Van Aert in een interview met Café Koers. Van Aert heeft etappes gewonnen in alle grote rondes, speelde een directe rol in meerdere eindzeges en won verschillende grote klassiekers, evenals wereldtitels in het veldrijden. Hij blijft mikken op de grote overwinningen die hij nog niet op zijn palmares heeft.
En hij gelooft dat hij op zijn 31ste nog steeds kan blijven evolueren. “Ik moet geloven dat ik zeker op een beter niveau kan beginnen dan vorig jaar. Alle omstandigheden zijn goed om net dat beetje beter te zijn.” In 2025 was dit echter niet het geval, omdat hij terugkeerde na een zware blessure opgelopen in de Vuelta a España 2024 – zijn tweede ernstige val van dat jaar, nadat hij ook met hoge snelheid crashte in Dwars door Vlaanderen.
Later dat jaar zou Van Aert uiteindelijk de slotetappe van de Tour de France in Parijs winnen, waarbij hij Pogacar achterliet op de kasseienklim naar Montmartre en solo triomfeerde. Het valt niet te ontkennen dat de omstandigheden anders waren: de klim was minder zwaar dan die in Vlaanderen en kwam aan het einde van een drieweekse koers. Toch deed de Belg wat geen enkele renner in 2025 voor elkaar kreeg.
Hij blikt terug op de editie van de Ronde van Vlaanderen 2025, waar hij zijn beste vorm haalde, maar twee van de allerbesten ter wereld nog sterker waren — naast Mads Pedersen en diens ploeggenoot Jasper Stuyven. “Als je kijkt naar de omstandigheden van de race van vorig jaar, denk ik dat het tegen ons was dat Mathieu ziek was en net iets minder dan Tadej.
Als Mathieu dichter bij Tadej had gezeten, zouden ze elkaar nog langer geneutraliseerd hebben,” legt hij uit. “Ze werken vaak heel goed samen, maar in die laatste tien kilometer is dat een ander verhaal.”
“Het slechtste scenario was dat iemand na de Paterberg alleen voorop zat met een grote voorsprong. Dat gebeurde dus. Misschien komt er een editie waarin we kunnen volgen, of waarin ze naar elkaar gaan kijken. Dan zullen we daar als eerste zijn met de ploeg.” Met Matteo Jorgenson, Christophe Laporte en andere sterke pionnen kan Visma zeker nog steeds impact maken.
“De koersen waar ik het dichtst bij zit, zijn de kasseiklassiekers. Tadej is een fenomeen, en het is ongelofelijk hoe goed hij is op alle terreinen, maar ik blijf proberen. Remco Evenepoels kansen? Tadej doet het lijken alsof het makkelijk is, maar Remco soms ook,” deelt de landgenoot van de olympisch kampioen. En deze lente is het best mogelijk dat we Evenepoel een rol zien spelen in Vlaanderen. “Ik zou niet durven zeggen dat hij er niet meteen bij zit.”














