Na weer een enerverende etappe in de Tour de France nam Mathieu van der Poel — de explosieve Nederlandse renner die bekendstaat om zijn nietsontziende aanvallen — geen blad voor de mond over hoe het voelde om het op te nemen tegen Tadej Pogačar. De Sloveense kampioen bewees opnieuw waarom hij een van de meest dominante renners van deze generatie is: hij sprong weg op het beslissende moment en liet zelfs de sterkste rivalen snakken naar adem — en naar antwoorden.
Voor van der Poel, die nooit terugdeinst voor een uitputtende inspanning, was het moordende tempo dat Pogačar op de slotklim oplegde simpelweg te veel. “Tadej was vandaag gewoon te sterk,” gaf MVDP toe bij de finish, terwijl het zweet nog van zijn voorhoofd droop. “Ik voelde mijn benen branden op een manier die ik al lang niet meer heb gevoeld. Het is niet dat ik er niet klaar voor was — soms moet je gewoon erkennen dat iemand op een ander niveau rijdt.”

De etappe, met nietsontziende hellingen en een slopende aankomst bergop, was op het lijf geschreven van Pogačar en zijn klimcapaciteiten. Toen hij zijn aanval plaatste, was er even een moment waarop van der Poel probeerde aan te klampen — hij duwde zichzelf diep in het rood. “Toen hij ging, zei ik tegen mezelf: ‘Blijf erbij, nog een paar meter,’” vertelde van der Poel. “Maar mijn benen schreeuwden gewoon ‘Nee!’”
Voor de fans was het opnieuw een bevestiging van Pogačar’s indrukwekkende vorm. Voor renners zoals MVDP is het zowel nederig makend als motiverend. “Je wilt geloven dat je hem trap na trap kunt volgen. Ik ben geen pure klimmer zoals hij, maar ik geloof altijd dat ik kan vechten,” zei van der Poel. “Vandaag was het niet genoeg, maar dat is koers.”
Ondanks dat hij Pogačar’s beslissende demarrage niet kon volgen, kwam van der Poel toch met een glimlach — of op zijn minst een spoortje ervan — over de streep. Voor hem hoort dit bij de schoonheid én de hardheid van de Tour. “Daarom houden we ervan. Je hebt goede dagen en je hebt dagen waarop iemand gewoon bij je wegrijdt. Dat maakt dat ik morgen weer wil proberen.”
MVDP’s rol in deze Tour draait niet alleen om het najagen van etappezeges of het dragen van het geel — hij rijdt ook in dienst van zijn ploeg, brengt leven in de koers en bezorgt de fans het spektakel waar ze voor komen. “Als ik me goed voel, val ik aan. Word ik geklopt, dan neem ik mijn petje af voor degene die beter was,” zei hij. “Vandaag was Tadej beter. Zo simpel is het.”
Terwijl de Tour verder rolt, is één ding zeker: van der Poel zal blijven aanvallen, blijven duwen en zijn benen blijven testen — brandend of niet. “Er ligt nog veel weg voor ons,” zei hij. “Als mijn benen weer moeten branden, dan zij het zo. Dat maakt deze sport zo mooi.”