Tadej Pogacar maakt zijn debuut, Mathieu van der Poel won de laatste twee edities en Wout van Aert zou graag zijn eerste willen winnen… De drie grote namen voor Parijs-Roubaix zijn misschien bekend, maar in een artikel over de kansen van Pogacar in Roubaix in HLN, introduceert Nathan Van Hooydonck een vierde naam.

Het feit dat Pogacar deelneemt aan de Franse kasseien was al een enorme verrassing. Zijn gewicht ligt ergens rond de 60 kilo, en volgens Van Hooydonck plaatst dit hem op een significant nadeel op vlakke, hobbelige wegen. “Ik sluit hem niet helemaal uit, maar het zal veel moeilijker voor hem zijn om de anderen af te schudden dan in de Ronde van Vlaanderen. Er zijn geen bergen waar hij zijn gewicht in zijn voordeel kan gebruiken.”
“Kleine, lichte rijders zullen sneller springen op de kasseien,” legt de voormalige Belgische profwielrenner uit – die naast zijn rol als analist nog steeds betrokken is bij Visma | Lease a Bike. “Zwaardere rijders zullen door hun gewicht automatisch meer druk op hun fiets uitoefenen, wat betekent dat ze stabieler zijn op de kasseien en meer glijden. Voor iemand die 65 kilo weegt, is het meer een constante strijd en hard werk op de fiets.”
Tadej Pogacar
In de Ronde van Vlaanderen slaagde Pogacar erin om de anderen af te schudden
Ganna weegt het meest en zou de grote favoriet kunnen zijn?
In zijn zoektocht naar de absolute topfavoriet, komt Van Hooydonck niet uit bij van der Poel, van Aert of Pogacar.
En hij noemt ook Mads Pedersen van Lidl-Trek niet. Een Italiaan van INEOS Grenadiers zou het zondag goed moeten doen. “Filippo Ganna is mijn topfavoriet. Hij is als een vrachtwagen op de kasseien: zodra hij op snelheid is, stopt hij niet.” Ganna heeft al vier keer meegedaan, maar stuitte vaak op obstakels onderweg. In 2023 eindigde hij als zesde ondanks zijn pech.
Als alles volgens plan verloopt zondag, heeft Ganna volgens Van Hooydonck de beste kans om te winnen. “Bergop draait het om watt per kilo: de lichtste rijder die het hardst kan trappen, gaat het snelst omhoog. Op het vlakke gaat het om absolute wattage: hoe meer kracht je hebt, hoe sneller je gaat. Gewicht is veel minder een beperkende factor. Of, anders gezegd, tien kilo extra spiermassa is meer een voordeel. Grote, gespierde atleten zijn vaak sterker.”