Parijs-Roubaix is een race van twee helften – een waarin de wegen gedurende twee uur volledig vlak zijn, en dan tussen de drie à vier uur koers waarin de 30 kasseienstroken verspreid liggen. Voor de kasseien gebruiken renners vaak fietsen met speciaal materiaal om de schokken op te vangen, maar dit kan ten koste gaan van snelheid in de eerste uren van de race. Toch vindt Boonen dat dit deel uitmaakt van de koers.

“Ik heb het vijftien keer zien gebeuren in Roubaix en niemand had er ooit voordeel van. Renners denken dat ze energie kunnen sparen in de eerste 100 kilometer door op een sneller rollende fiets te rijden,” zei Boonen in de podcast Wielerclub Wattage.
Hij heeft Mathieu van der Poel dit zien doen, maar de Belg – viervoudig winnaar van de Hel van het Noorden – gelooft dat het niet voordelig is. Niet omdat het geen enkel voordeel oplevert, maar omdat Roubaix vaak een achtbaan is en dit soort keuzes een groot risico vormen in een koers die zelden tot rust komt.
Wout van Aert bevestigd als kopman van Visma voor Parijs-Roubaix – “We zijn niet de topfavorieten voor deze koers”
“Je wilt niet te vroeg van fiets wisselen, want je wilt zo lang mogelijk profiteren van die sneller rollende fiets. Maar je wilt ook niet te laat wisselen, want dan kom je nooit meer op tijd terug van achteren voor de eerste kasseistrook. Zoveel stress om 15 watt te besparen,” benadrukt hij.
In de afgelopen jaren, vooral sinds de verrassende overwinning van Matthew Hayman in 2016, zijn ploegen steeds meer gefocust op het mee hebben van renners in de vroege vlucht. Zo hebben ze meerdere kaarten om te spelen, vermijden ze gevechten om de posities en krijgen ze zelf ook een kans op een goed resultaat aan de finish. Dat betekent dat de eerste uren vaak al zwaar zijn, zonder rustige aanloop.
En als iemand de strategie toepast om van fiets te wisselen, wordt hij kwetsbaar voor collectieve aanvallen. “De tegenstanders letten goed op wanneer Van der Poel zijn fiets wisselt. Ze zullen de koers hard maken en zorgen dat hij moet afzien om terug te komen.”