Het is inmiddels 1 mei 2025 en met een oogwenk liggen de voorjaarsklassiekers alweer achter ons. De kasseien en chaos hebben plaatsgemaakt voor de lange, slopende wegen van het Grand Tour-seizoen, met de Giro d’Italia die voor de deur staat. De race begint op 9 mei en markeert het volgende belangrijke hoofdstuk in een toch al dramatische wielerkalender.

Een van de opvallendste namen die naar Italië trekt, is Wout van Aert. De 30-jarige Belgische superster won al etappes en droeg leiderstruien in zowel de Tour de France als de Vuelta a España, maar hij stond nog nooit eerder aan de start van de Giro. Daar komt deze maand verandering in, wanneer Van Aert op jacht gaat naar etappezeges en mogelijk zelfs de roze trui.
Matthew Brennan schrijft geschiedenis met derde WorldTour-zege voor zijn twintigste
Zijn voorbereiding op de Giro verliep gemengd. Van Aert is nog steeds aan het herstellen van de crashperikelen die zijn campagne in 2024 verstoorden en hij heeft zijn topvorm in 2025 nog niet helemaal teruggevonden. Hij kwam dicht in de buurt met vierde plaatsen in zowel de Ronde van Vlaanderen als Parijs-Roubaix, maar dit voorjaar werd gedomineerd door Mathieu van der Poel en Tadej Pogacar.
Voor renners die gespecialiseerd zijn in eendagswedstrijden verschuift de aandacht nu richting het najaar, wanneer de Europese en Wereldkampioenschappen opnieuw een kans op roem bieden. Voor het eerst wordt de Belgische eliteploeg daar geleid door Serge Pauwels, die afgelopen november het stokje overnam van Sven Vanthourenhout als bondscoach.
Pauwels werkte al binnen de Belgische wielerbond als jeugdcoach en assistent, maar kreeg in de winter officieel de leiding over de profs en U23-selecties. Hij speelt een centrale rol in de begeleiding van zowel Van Aert als Remco Evenepoel tijdens hun kampioenschapscampagnes.
Etappe 5 van Ronde van Turkije afgelast wegens bar slecht weer
In een interview met WielerFlits gaf Pauwels een inkijkje in zijn eerste maanden in de functie: “Dit waren en zijn drukke tijden, ja. De klassiekers zijn altijd een drukke periode, maar mijn rol was natuurlijk vooral op de achtergrond. Als je geen ploegleider bent, heb je geen superactieve rol. Maar ik vond het wel belangrijk om regelmatig aan de start te staan, bijvoorbeeld in de Ronde van Vlaanderen en Gent-Wevelgem.”
Hij legt uit dat zijn aanwezigheid bij wedstrijden minder draait om directe communicatie met renners en meer om relatieopbouw achter de schermen: “Niet per se om daar met de renners te praten. Ik ga echt Wout van Aert niet aanspreken over het WK vlak voor de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix. Maar op die koersen zie je vaak wel de mensen uit hun entourage, zoals familieleden, trainers en ploegleiders. Die contacten onderhoud je niet door voor de televisie te blijven zitten.”
Na jaren in het peloton, zowel als renner als coach, kent Pauwels de atleten en hun omkadering goed: “Met sommige renners heb ik nog gekoerst, anderen heb ik de voorbije jaren bij de beloften zien passeren. Ik zag ook veel vertrouwde gezichten in de sportieve begeleiding van de renners en teams.”
**De stille sluipmoordenaar Jonas Vingegaard begint Tour de France-programma met cruciale bergverkenningen**
Maar zijn takenpakket reikt veel verder dan enkel zichtbaar zijn aan de kant van de weg. Pauwels heeft al een brede waaier aan voorbereidend werk verricht voor de kampioenschappen: “Ik had een eerste ronde gesprekken met alle renners die in aanmerking komen voor het EK en WK bij de elites en beloften. De voorbije maanden ben ik ook naar Rwanda gegaan voor een verkenning van het WK. Hetzelfde heb ik gedaan voor het EK in de Ardèche. Tussendoor deed ik klimtesten met de jeugd en trainde ik Angelo De Clercq bij de junioren. Het is een heel gevarieerd takenpakket.”
Verwachtingen managen is ook een cruciaal aspect van zijn functie, en Pauwels kijkt nuchter naar de wisselende vorm van renners: “Geen beloftes doen, dat heb ik de voorbije jaren geleerd. De relatie tussen renners en hun conditie is erg vluchtig.
“Iemand die vandaag goed is, kan in augustus minder zijn, en omgekeerd. Ik heb geleerd om altijd voorwaardelijk te spreken, maar wel te proberen om een goede communicatielijn te behouden. Die mag nooit volledig verdwijnen, zelfs niet in drukke periodes. De ambities van renners veranderen en je moet dat goed opvolgen. Dat is echt belangrijk.”