Dit weekend is een van de grootste verhalen het debuut van Tadej Pogacar in Parijs-Roubaix. De wereldkampioen staat voor het eerst aan de start van de Hel van het Noorden. Nou ja, voor het eerst… hoewel het al lang geleden is, reed de Sloveen van UAE Team Emirates—XRG als junior al twee keer over de kasseien. Oude bekenden halen herinneringen op aan de huidige topwielrenner, die toen nog niet opviel.

Iedereen weet dat gewicht een belangrijke factor is in Parijs-Roubaix. Maar wie denkt dat Pogacar nu te licht is voor de race, moet eens kijken naar zijn debuut in 2015. “Tadej was niet alleen een klein jongetje, hij was ook totaal niet fysiek ontwikkeld,” herinnert voormalig bondscoach Andrej Cimpric zich tegenover Sporza. “Je zou nooit geraden hebben dat Tadej toen 16 jaar was en in de juniorencategorie reed. Hij was daar veel te fragiel voor.”
Pogacar heeft al de nodige kilometers op de kasseien afgelegd in voorbereiding op deze zondag. Maar toen was dat anders. “We kwamen pas een dag voor de race aan en konden nauwelijks drie stroken verkennen. We hadden ook geen speciale fietsen of banden, we moesten het doen met wat we hadden.” Maar Pogacars mentaliteit is niet veranderd. Hij was opvallend kalm voor zijn debuut op 16-jarige leeftijd. “Iedereen is altijd extreem nerveus voor zijn eerste Parijs-Roubaix. Tadej was daarin anders. Misschien liet hij zijn stress niet zien, maar hij keek er op een positieve manier naar uit. Tadej klaagde ook nooit over ons inferieure materiaal of zocht excuses.”
Belgische coach lachte jonge Pogacar uit
Het werd uiteindelijk een flinke test, maar gezien zijn postuur, het gebrek aan uitrusting en de matige voorbereiding deed Pogi het behoorlijk goed. Hij eindigde als 30ste, net iets meer dan twee minuten achter de winnaar. “We waren aangenaam verrast. Iemand met zijn fysiek die geen lekke band kreeg of viel en op twee minuten eindigde: dat was beter dan we verwacht hadden.”
Een jaar later keerde de Sloveense ploeg terug naar Parijs-Roubaix. Met een jaar extra ervaring en wat fysieke groei was ook Pogacar weer van de partij. En de voorbereiding was beter. “Toen hadden we een trainingskamp van tien dagen in Ieper. We reden daar twee wedstrijden, en verkenden Roubaix midden in de week. Maar hij werd niet als kanshebber gezien. Toen iemand zei: ‘Die Pogacar is een goeie,’ lachte de Belgische coach het weg. ‘Tegen de tijd dat hij prof is, staat hij hamburgers te bakken.’ Dat zal nu wel een wake-upcall zijn.”
Te klein, en slecht materiaal, zag concurrent: “Er was nog veel ruimte voor verbetering”
Pogacar streed dapper in 2016. De Sloveen was vooraan te zien in de wedstrijd, vechtend voor een plaats in de top 10. Wesley Vercamst reed bijna de hele koers met hem samen. “Na het strookje van Mons-en-Pévèle kwamen we samen in een groep terecht. We zeiden niks tegen elkaar, we kenden elkaar niet en het was gewoon koers.”
Vercamst finishte als 14e, één plaats achter Pogacar. Hij eindigde 33 seconden achter winnaar Jarno Mobach. En dat met materiaal dat verre van top was. “Hij had niet dezelfde middelen als Jasper Philipsen en Tom Pidcock. Hoe ik dat zag? De afstelling van zijn fiets, het materiaal… Er was nog veel ruimte voor verbetering.” De Belg stopte in 2021 met wegwielrennen en runt nu een digitaal marketingbureau. En Pogacar? Die is de beste wielrenner ter wereld.
Zijn voormalige coach Cimpric had dat nooit durven dromen. “Onderling zeiden we dat hij dé renner van ons land kon worden, maar dat Tadej de Tour de France zou winnen en al die andere monumenten – dat hadden we niet verwacht. In die periode trainde hij niet veel, en zijn lichaam was nog niet volledig ontwikkeld. Maar elk jaar dat Tadej ouder werd, zette hij drie stappen vooruit.”